22 mei 2024

Vertrekkend programmadirecteur Henno van Horssen: “Energietransities lukken alleen door samenwerking”

Na vijf en half jaar als programmadirecteur vertrekt Henno van Horssen bij Techport. Hoe kijkt hij terug op zijn werk in de IJmond? 

Wat verwachtte je toen je aan deze baan begon? 

“Tot dan toe had ik altijd gewerkt voor de overheid, als aanjager van samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven. Nu moest ik zelf in zo’n partnerschap aan de slag gaan. Ik was heel benieuwd hoe dat zou zijn, had er ook veel zin in.” 

En, beviel het? 

“Ik heb met heel veel plezier gewerkt bij Techport. Ik vond het vooral leuk omdat Techport altijd grote ambities heeft gehad. Destijds was het gat tussen die ambities en de werkelijkheid vrij fors. Tegenwoordig zijn we nog steeds ambitieus, maar ik denk dat we wel een heel sterk programma hebben neergezet, met veel partners, mooie projecten, resultaten en zichtbaarheid.” 

Geef eens wat voorbeelden. 

“De Techport Technologieweek. Daar komen vijfduizend jongeren, ouders en docenten op af, voor workshops, bedrijfsbezoeken en inspiratiebijeenkomsten. Wij faciliteren dat, maar de invulling komt van de bedrijven en scholen.” 

“Of neem ons programma voor hybride docenten: mensen van bedrijven die in deeltijd voor de klas staan. Of de Fieldlab-projecten, waarin grote en kleine bedrijven, kennisinstellingen en scholen samen werken aan technologische innovatie. Die vernieuwingen worden toegepast in bedrijven, maar komen ook meteen beschikbaar voor het onderwijs. Mensen kunnen er gewoon op afstuderen en dan bij die bedrijven aan de slag gaan.” 

Je hebt van de IJmond een lerende regio gemaakt! 

“Ik heb daar een aandeel in gehad, binnen ons programma.” 

Wat was het moeilijkste? 

“Techport was in eerste instantie vooral een initiatief van een paar grote partijen. Dat waren de founding fathers. Die zijn nog steeds betrokken en daar zijn we trots op. Maar om Techport tot een succes te maken heb je een veel breder draagvlak nodig. De hele regio moet meewerken: basisscholen, voortgezet onderwijs, startups, MKB, andere grote bedrijven.” 

“Het heeft ons een paar jaar gekost, maar nu is Techport uitgegroeid tot een samenwerkingsverband van ruim honderd scholen, bedrijven en organisaties. Die niet alleen meedenken, maar elkaar ook actief opzoeken.” 

Hoe komt het dat dit gelukt is? 

“Nou … Vooral door onze rol duidelijk neer te zetten. Als er geen technieklokalen of -docenten meer zijn, dan wordt er vaak een nieuwe organisatie uit de grond gestampt die technieklessen gaat geven. Maar daarmee los je het probleem niet op: je neemt het probleem over. Scholen moeten mensen opleiden en bedrijven moeten hen daarbij helpen. Wij zorgen dat ze dat gaan doen. Dat is ons aandeel.” 

Wat kunnen andere regio’s nog meer leren van Techport? 

“We hebben technologische innovatie centraal gezet, want daar krijgen ondernemers positieve energie van! En vervolgens kom je vanzelf bij de vraag hoe je werknemers krijgt die deze vernieuwingen kunnen uitvoeren.” 

“Verder is het een voordeel dat we een stichting zijn. Dat geeft ons meer onafhankelijkheid. De eerste jaren waren we financieel sterk afhankelijk van de dragende partners. Tegenwoordig vullen we hun bijdragen aan met subsidies. Daarnaast hebben we nu een partnerschapsmodel opgezet dat open staat voor alle bedrijven. En we zijn bezig met een Techport Innovation Centre, waar bedrijven zich straks kunnen vestigen. Zo vergroten we ons draagvlak ook financieel.” 

Wat kan de Techport-aanpak betekenen voor de vergroening van de Nederlandse industrie? 

“Energietransities lukken alleen door samenwerking. Want de technologie is er, maar om die bruikbaar te maken moeten allerlei partners hun processen op elkaar afstemmen. Er moet dus een nieuw ecosysteem groeien. Daarvoor heb je ook voldoende goed opgeleide mensen nodig.” 

“Iedereen ziet dat en iedereen wil dat. Maar bedrijven en scholen zijn er toch vooral op ingericht om hun eigen ding te doen. Dan heb je een partij als Techport nodig.” 



Tekst: Aad van de Wijngaart